Barcarolle

Tabs

Aan de slag

Opera duikt op in onze koorpagina’s. Geert Van der Straeten (°1962) zorgde voor een geslaagde bewerking voor gemengd koor van de Barcarolle van Jacques Offenbach (1819-1880). Een barcarolle (ofwel gondellied, van het Italiaanse barca hetgeen ‘boot’ betekent) is een volksliedje dat gezongen wordt door Venetiaanse gondeliers, of een muziekstuk dat in die stijl is gecomponeerd.

Les contes d’Hoffmann

De opera Les contes d'Hoffmann van Jacques Offenbach (1819-1880) bestaat uit een proloog, drie aktes (drie verhalen) en een epiloog. De volgorde van verhaal twee en drie wordt bij sommige uitvoeringen omgewisseld. Offenbach stierf tijdens de repetities van Les contes d’Hoffmann. Ernest Guiraud maakte de orkestratie voor de première aan de Opera comique. We bevinden ons in Venetië op het terras voor een Venetiaans palazzo. De genodigden van Guiletta zijn allemaal bij elkaar. Samen met Nicklausse zingt Guiletta de meest bekende barcarolle uit de opera-geschiedenis namelijk Belle nuit, ô nuit d’amour, een dramatische onmogelijkheid, daar deze twee gezworen vijanden zijn.

Barcarolle

Een barcarolle (ofwel gondellied, van het Italiaanse barca hetgeen ‘boot’ betekend) is een volksliedje dat gezongen wordt door Venetiaanse gondeliers, of een muziekstuk dat in die stijl is gecomponeerd. Doorgaans is de barcarolle in een wiegende 6/8 maatsoort genoteerd. In de opera Les contes d’Hoffmann wordt de barcarolle gezongen door Nicklausse, Hoffmans vriend, een mezzo-sopraan (soms ook een baryton-Martin) en Guiletta, een Venetiaanse courtisane, meestal vertolkt door een dramatische sopraan. Aangezien het door twee vrouwenstemmen wordt vertolkt, geeft dit een intiemere ‘blending’ die in de tweede strofe verder wordt ingekleurd maar toch de intieme sfeer behoudt, door een bijna ‘backing vocal’ partij van een gemengd koor.

Offenbach versus Van der Straeten

Geert Van der Straeten kiest er voor om de barcarolle van Offenbach voor twee vrouwenstemmen uit te breiden naar een geslaagde versie voor gemengd koor. Dat betekent dat de melodielijn niet alleen door de sopraan en alt worden gezongen maar dat ook de tenoren hun steentje hierin mogen bijdragen. De melodiefragmenten in de baspartij hebben eerder een brug-functie. Dat betekent niet dat de partij van de bassen een makkie is. Ze zullen soms verrast worden door een - op het eerste zicht- zelfde motiefje dat door een wijzigingsteken toch net anders is. Het ondersteunende klanktapijt van het koor op vocalise in het tweede deel wordt in grote lijnen in zijn oorspronkelijke vorm behouden. Het laat namelijk weinig aanpassing toe wil je het barcarolle-karakter niet verliezen. De orkestreductie voor piano is ook quasi integraal overgenomen uit de vocal score van de operapartituur. De uitdagingen voor de pianist zijn de aangehouden triller tijdens de intro en de constante arpeggio’s.

Aan de slag

De grootste uitdaging van deze zetting voor gemengd koor is het behouden van het intieme karakter van deze barcarolle. De melodielijn heeft steeds voorrang op de andere stemmen! Het idee dat deze fungeren als backing vocals die steeds de leadstem moeten kunnen horen kan hierbij helpen. Het karakter van de kabbelende 6/8 maat verdient ook de nodige aandacht. Het is aangewezen om deze in een maat van twee te denken en/of te slaan. Uiteraard het fysieke meewiegen zoals je kan ervaren in een echte gondel kan tijdens het instuderen ook een hulp zijn. Tot slot nog een vocale tip om de zachte vocalise-begeleiding op ‘ah’ makkelijk te verwezelijken is in te ademen op een ‘o’-klank. Dit biedt de mogelijkheid om meer te blenden met de andere stemmen. Bij de sprongen op het einde is het belangrijk de hoogste noot als ontspanning te zien om foute metrische accenten te vermijden. Enjoy it and good luck! 

Deel deze pagina

Reageer op deze partituur

Login of registreer om te kunnen reageren