Jacques Nicolas Lemmens

1823
1881

Biografie

Leven/Opleiding 

Jacques-Nicolas Lemmens werd geboren op 3 januari 1823 te Zoerle-Parwijs. Daar kreeg hij zijn eerste muzieklessen als kind van zijn vader Jean-Baptiste Lemmens, die zelf organist, schoolmeester en koster in het dorp was. Toen Lemmens 11 jaar werd, stuurde zijn vader hem op orgelles bij Van den Broeck in Diest. In 1839 zette Lemmens zijn muziekonderwijs voort aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel, waar hij zich de pianoklas van Léopold Godineau vervoegde. Na een jaar moest hij zijn hogere studies echter noodgedwongen stopzetten, omdat zijn vader ziek werd en moest worden vervangen als organist in Zoerle-Parwijs. Toen wat later de positie van organist aan de Sint-Sulpitius in Diest vrijkwam, werd Lemmens ook daar organist. Toch hernam hij zijn studies vijftien maanden later, en met succes, want in 1842 won hij bij pianist Jean-Baptiste Michelot een eerste prijs. Die voor orgel (bij Duitser Christian Friedrich Johann Girschner) en compositie (François-Joseph Fétis) volgden in 1845. Een jaar nadien ging hij, op aanraden van Fétis, naar Breslau (toen in Duitsland) om dankzij een Belgische studiebeurs bij de vermaarde Adolf Hesse de klassieke Duitse orgeltraditie – zoals overgeleverd door Johann Sebastian Bach – te studeren. Na vier maanden keerde hij echter reeds terug naar België. 

Componist, organist en muziekpedagoog 

In België begon zijn carrière te bloeien vanaf 1847, toen hij met zijn cantate Le Roi Lear de tweede prijs in het concours van de Prix de Rome won. Een jaar nadien gaf hij zijn eerste orgelwerken, Dix Improvisations dans le style sévère et chantant, uit.

In 1849 werd Lemmens op 26-jarige leeftijd benoemd tot leraar orgel aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel. Dit bleef hij doen tot 1868, en tijdens deze periode liet hij de omvang van de orgelklas groeien met studenten uit het binnen- en buitenland. Daarnaast wijdde hij zich ook aan muziekpedagogische publicaties. Zo publiceerde hij in 1850 zijn Nouveau Journal D’Orgue, waarin hij kerk- en orgelmuziek in de Duitse stijl verzamelde. Hieruit ontwikkelde hij ook een orgelmethode in 1962, Ecole d’Orgue basée sur le Plain-Chant Romain, die in heel Europa werd verspreid. 

Door een concertreis naar Parijs in 1850 werd hij niet alleen een succesvol organist, hij kwam zo ook in contact met orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll. Dankzij dit contact en de eeuwige steun van Fétis kwam zijn organistencarrière in een stroomversnelling. Toen hij in 1857 trouwde met de Engelse sopraan Helen Sherrington, verhuisde zijn werkterrein zich meer en meer naar Engeland. In 1869 vestigde hij zich dan ook permanent in Londen om zich daar samen met zijn vrouw te focussen op zijn concertcarrière. Lemmens kreeg op die manier internationale bekendheid als een vermaarde Bachvertolker. 

 

Messe in F, Jacques Nicolas Lemmens.

Lemmensinstituut 

In 1878 vroeg het Belgisch episcopaat om terug te keren naar België, met de expliciete opdracht om in Mechelen een school voor Kerkmuziek op te starten. Zo werd hij in dat jaar de eerste directeur van de School voor Godsdienstige Muziek, dat later in Leuven werd gevestigd en nu bekend staat als het Lemmensinstituut (LUCA School of Arts, campus Lemmens). Lemmens kreeg echter maar twee jaar om zijn school uit te bouwen, aangezien hij stierf op 30 januari 1881. 

Composities (selectie)

Vocale muziek 

  • Ave Maria, voor sopraan en orgel.
  • Ave Verum, voor bas en orgel. 
  • Chants Liturgiques, voor stem en orgel. 
  • Tota pulchra es, voor alt, sopraan en orgel. 

Koormuziek 

  • Messe en fa, twee sopranen en orgel. 
  • Messe en Sib , twee mannenstemmen en orgel.  
  • Messe en sol mineur, drie mannenstemmen en orgel. 

 

Deel deze pagina