Kinderkoordirigenten in coronatijden

Elk nadeel heeft zijn voordeel. Dit is het ideale moment om eens echt na te denken over een werkplan voor je kinderkoor. We vroegen Marleen De Boo naar tips en aanpak. Zij leidt verschillende Waelrantkoren, is leerkracht AMV en docent koordirectie en tevens actief binnen de opleiding Zingen met kinderen en gastdocent binnen de postgraduaatsopleiding Directie voor Jeugd- en Kinderkoren.

Marleen De Boo

Elke kinderkoordirigent kent het gevoel: je koor is onderdeel van een grotere organisatie zoals een school of een kerkgemeenschap, en je wordt dan ook verwacht om op regelmatige basis iets te tonen aan een publiek tijdens allerhande gelegenheden. Ook als je groep er eigenlijk nog niet klaar voor is.

Concerten zullen er de eerstvolgende maanden helaas niet zijn. Dit is dus het ideale moment om echt een werkplan voor je kinderkoor uit te denken, een opbouwende didactiek, een leerlijn op lange termijn. En dat begint bij een duidelijke visie van de dirigent, gesteund door het koorbestuur.

Even filosoferen...

Als kinderkoordirigent staan we misschien wel aan de basis van de muzikale loopbaan van een mens, als amateur of als professioneel muzikant. Ja, we hebben dus een verantwoordelijkheid om het best mogelijke resultaat te behalen. En ja, het moet zo leuk zijn dat de kinderen dat hun leven lang onthouden.

Een kind leert spelenderwijs. We hoeven moeilijkheden dus niet uit de weg te gaan, maar we kunnen allerhande oefeningen verpakken in leuke spelletjes.

Laten we met veel geduld de onvolkomenheid van de lerende kinderen vergeven en laten we van onszelf het hoogst mogelijke niveau verwachten. Dat begint met een grondige voorbereiding van de repetitie, maar kan ook leiden tot het op zoek gaan naar de gepaste bijscholing.

Een kind leert spelenderwijs.
Moeilijkheden kunnen we verpakken in leuke spelletjes.

Marleen De Boo

Kleur je koorklank

Natuurlijk is het belangrijk dat kinderen met een gezonde stemtechniek leren zingen. Dat weten we allemaal. Een goed voorbeeld van de dirigent kan daarbij al wonderen doen. En door allerhande leuke maar goedgekozen bewegingen te integreren, leer je de kinderen spelenderwijs klank maken met een goede spiertonus/ademsteun.

Aandacht voor klinkervorming zorgt ervoor dat een bepaalde toon bij alle kinderen dezelfde kleur krijgt. Zo kunnen de verschillende stemmen als het ware met elkaar versmelten.

Daarnaast hangt de homogeniteit van een koorklank ook heel erg af van de individuele energie waarmee de kinderen zingen. Een brulboei in je koor overzingt makkelijk vijf andere fijnere stemmetjes. Dat wil niet zeggen dat alle kinderen even luid moeten gaan zingen, maar wel met dezelfde intensiteit, sommigen wat zachter, anderen wat luider.

Goedgekozen bewegingen bevorderen klankvorming en ademsteun: Kokoleoko Liberia door iSing Silicon Valley

Geen wagonnetjes in het koor maar allemaal locomotieven

Koorzangers in het algemeen durven zich wel eens verstoppen achter hun buur. De wagonnetjes haken aan aan die ene zelfzekere zanger, de locomotief. Zolang die ene zanger trouw op post is, is er geen vuiltje aan de lucht. Maar dan wordt die toch plots ziek en zakt de koorklank als een pudding in elkaar, met dirigentenpaniek tot gevolg.

Kinderen opleiden tot zelfstandige zangers, allemaal locomotieven, vraagt een actieve betrokkenheid van de kinderen in de repetitie. Leer daarom je zangers om aandachtiger naar een melodie te luisteren en bewuster zelf te reproduceren, leer ze structuren herkennen, leer ze aandacht te hebben voor kleine nuances.

Ruimte in je repetitielokaal kan hierbij helpen. Als er wat afstand is tussen de zangers, kunnen ze zichzelf makkelijker controleren en moeten ze ook meer moeite doen om zich af te stemmen op de anderen. En intussen zijn  we goed getraind in de anderhalve-meter-regel!

Als er wat afstand is tussen de zangers, kunnen ze zichzelf makkelijker controleren en moeten ze ook meer moeite doen om af te stemmen op de anderen: de ideale anderhalve-meter-regel-training!

Marleen De Boo

Weet wat je zingt

Een goede locomotief weet op welk woord de toonhoogte verandert. Waar de melodie van richting verandert. Hoe lang die ene noot juist duurt. Bij welke noot hij zich extra bewust moet zijn van een goede stemtechniek. Waar er geademd wordt en waar niet. Neem dit dus mee in het aanleerproces.

Daarnaast is het ook belangrijk dat je aan het gezicht van de kinderen kan aflezen dat ze weten waarover ze zingen. Dat ze het lied werkelijk vertellen. Bij kleuters en jonge kinderen lukt dat meestal vanzelf, maar als ze wat ouder worden, hebben ze soms wat schroom om zichzelf expressief uit te drukken. Dit kan je door middel van allerhande leuke en creatieve spelvormen zeker trainen.

Niet alle noten zijn even belangrijk

Een groep kinderen begint al snel te dreunen, ze balken onnadenkend een golf van woorden. Nochtans ligt er aan de basis van elk lied een metrum met zware en lichtere tellen. Woorden hebben beklemtoonde en niet-beklemtoonde lettergrepen. Niet alle woorden in een zin zijn even belangrijk. Het is vooral een kwestie van daar als dirigent aandacht voor te hebben. Draag voor jezelf de tekst eens luidop voor, los van het metrum, als een gedicht met veel betekenis. Dan voel je vanzelf wat de kernwoorden van de tekst zijn en waar de niet-beklemtoonde lettergrepen zich bevinden. Je kan zeker ook spelletjes bedenken die de aandacht voor dit reliëf in de tekst bij de kinderen aanwakkert.

Vergeet de volksliederen niet: Vier weverkens door het Nieuw Amsterdams Kinderkoor o.l.v. Silvère Van Lieshout en Caro Kindt

Neen, we moeten geen trein halen!

Soms heb je het gevoel bij een grote groep kinderen, dat het niet uitmaakt welk tempo je opgeeft, versnellen zal het toch, als ongeleide projectielen. Dat is dat heerlijke ongebreidelde enthousiasme van de kinderen waar geen rem op lijkt te staan. Nochtans kunnen we kinderen ook bewust maken van wat tempo eigenlijk is. En dat hoeft het enthousiasme niet te fnuiken. Het begint met in de maat kunnen stappen en eindigt met een tempo inwendig kunnen horen en aanvoelen. Oefen daar bewust op.

Stuur je koor aan met functionele bewegingen

Als dirigent kan je tijdens een uitvoering nog heel veel bijsturen met een functionele slagtechniek. Leer de kinderen tijdens de repetities dan ook reageren op jouw bewegingen. Bij en nieuwe groep plan ik in één van de eerste repetities altijd een lied met een fermate. Daar kan ik leuke spelletjes mee doen en zo leer ik de kinderen spelenderwijs een dirigent te volgen. Zorg ervoor dat je als dirigent altijd anticipeert. Geef alles vooraf aan, en niet op het moment zelf, want tegen dat de zangers dat registreren is het moment voorbij.

Meerstemmig zingen met kinderen?

Mooie meerstemmigheid zal pas lukken bij kinderen als ze een aantal basiscompetenties onder de knie hebben. Zorg eerst dat al je zangers weten wat ze zingen, dat ze allemaal zelfstandig en mooi een melodie kunnen uitvoeren.

Als je groep klaar is om te experimenteren met meerstemmigheid, bouw je dat het beste langzaam op. Begin met een canon, een ostinaatbegeleiding, of een tegenmelodie. Leer alle kinderen alle verschillende stemmen aan in deze fase en laat ze dan de meerstemmigheid ervaren vanuit elke stem. Ervaren betekent hier luisterend zingen: zonder hun eigen stem te verliezen toch bewust samen klinken met de andere partij.

Vermijd in de eerste fase parallelle meerstemmigheid, voor kinderen is dat de moeilijkste vorm van meerstemmigheid.

Meerstemmigheid bouw je het beste langzaam op: begin met een canon, een ostinaatbegeleiding, of een tegenmelodie.

Bewegingen vereenvoudigen de meerstemmigheid: Pete, Pete (Arr. Victor C. Johnson) door kinderkoor Waelrant o.l.v. Sander Leroy

Creatief met repertoire

Zin om aan al die zaken hierboven te werken? Ga dan alvast op zoek naar geschikt repertoire, kies in functie van wat je de kinderen wil leren. Plan je repertoire ook op langere termijn zodat je de techniek van het koorzingen langzaam met je zangers kan opbouwen.

  • Repertoire moet niet moeilijk of ingewikkeld zijn om mooi te zijn. Wees creatief met een klein liedje, je kan herhalen met variaties, bewegingen toevoegen, body percussion,… Zo maak je een kort lied ook concertwaardig.
  • Multifunctioneel repertoire is handig, dat kan je inzetten bij verschillende gelegenheden. Zo bouw je wat reserve op.
  • En vergeet de volksliederen niet, van hier of elders. Deze melodieën hebben met een reden de tand des tijds doorstaan. Omdat ze nu eenmaal leuk klinken en prettig zingen.
Creatief met repertoire: Chapeau (Nico Smit) tijdens Kinderkoordagen Wetteren o.l.v. Carine Spiloes

Bijscholing loont

Heb je nood aan meer uitleg, dan zijn er heel wat mogelijkheden.  Koor&Stem zet al een aantal jaren actief in op het zingen met kinderen.

  • De cursus Zingen met Kinderen ingericht i.s.m. SAMWD Lier. De volgende editie vindt plaats in 2021-2022. 
  • Het Postgraduaat Kinder- en Jeugdkoordirectie Conservatorium Antwerpen, de volgende editie start in september 2020.
  • Observatie- en repertoiredagen tijdens de Koordagen voor Kinderen, ieder jaar in de paasvakantie, hou de vormingskalender van koor&Stem in de gaten.
  • Doewap, repertoire, vormingen en instructievideo's voor Zingen op school.
  • Basisopleiding koordirectie door Koor&Stem
  • Allerhande repertoireworkshops en losse vormingen georganiseerd door Koor&Stem
  • Opleidingen koordirectie aan  verschillende muziekacademies in Vlaanderen: o.a. Lier, Waregem, Gent, Hasselt, Ekeren, Tienen, Mol, Noorderkempen
  • Panda van Proosdij - Voice and Physique

Lees ook

Ben je dirigent van een volwassenenkoor? Lees ook het vorige artikel in deze reeks. Hoe blijf je in contact met je koor, werk je toekomstgericht en hou je je koor in vorm zonder al te veel complexe technieken?

Bekijk de zoomsessie hier
Deel deze pagina

Reageer

Login of registreer om te kunnen reageren